2 februari 2017 - Marijn Kingma

Raad van State bevestigt gelijk foodwatch in paardenvleeszaak

De Raad van State heeft gisteren het oordeel van de rechtbank Amsterdam in de zaak over het openbaar maken van gegevens van afnemers van Willy Selten bevestigd. De rechtbank Amsterdam oordeelde eind 2015 dat de NVWA de lijst met namen en producten openbaar moest maken.De procedure ging over 50 miljoen kilo vlees dat door de NVWA werd teruggeroepen omdat er bij Selten sprake bleek te zijn van fraude met paardenvlees. Medewerkers van Selten verklaarden bovendien dat rot vlees werd vermengd met vers vlees, en in het vlees werd het (voor mensen gevaarlijke) diergeneesmiddel fenylbutazon aangetroffen. De NVWA weigerde echter om openbaar te maken waar het vlees terecht was gekomen zodat de consument in het ongewisse bleef. Met een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur dwong foodwatch openbaarmaking van de gegevens alsnog af bij de rechter. De NVWA maakte de lijst met namen begin 2016 openbaar.Een van de afnemers van Selten ging in hoger beroep tegen dit oordeel. De Raad van State verklaarde het hoger beroep gisteren ongegrond. Het belang bij openbaarmaking moet zwaarder wegen dan het belang dat een afnemer heeft om niet op de lijst vermeld te worden. De NVWA kan in dit soort situaties duidelijk maken dat het feit dat een afnemer op de lijst staat, niet betekent dat de afnemer zelf onrechtmatig heeft gehandeld.Het is van belang dat de hoogste bestuursrechter het oordeel van de rechtbank heeft bevestigd. De uitspraak zal meer transparantie in de voedingssector hopelijk ten goede komen.Zie ook het persbericht van foodwatch en berichten op de websites van AD, Telegraaf, nu.nl en Trouw.

Voor meer informatie over deze zaak kunt u contact opnemen met Marijn Kingma.