8 mei 2024 - Marijn Kingma

Verbod op bestrijdingsmiddelen voor de lelieteelt in woonwijk

De voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg heeft vandaag aan een bloembollenteler een verbod opgelegd om bestrijdingsmiddelen te gebruiken in een woonwijk. Het kort geding was aangespannen door een groep van 35 bewoners uit het dorp Sevenum, die vlakbij een perceel wonen waar het komende seizoen lelies op zouden worden geteeld.

In de maatschappij neemt de onrust rondom het gebruik van grote hoeveelheden bestrijdingsmiddelen in de bollenteelt toe. In de bollenteelt worden namelijk gemiddeld veel meer pesticiden gebruikt dan bij andere gewassen, en lelies spannen daarbij de kroon: gemiddeld 114 kg per hectare aan pesticiden vergeleken met 25 kg bij tulpen, 8 kg bij aardappelen en 3 kg bij tarwe. Tegelijkertijd is gebleken dat de Nederlandse toelatingsprocedure voor pesticiden belangrijke hiaten bevat: er wordt niet gekeken naar mogelijke neurodegeneratieve gevolgen van bestrijdingsmiddelen (zoals de ziekte van Parkinson) en er wordt niet gemeten wat het effect is van het gebruik van cocktails van middelen. Het is dus niet zo dat middelen die zijn toegalaten ook echt veilig zijn. De groep bewoners uit Sevenum wilde daarom de komst van lelies naast hun woningen voorkomen, omdat zij zich grote zorgen maakten over hun gezondheid en die van hun kinderen.

De voorzieningenrechter is het eens met de bewoners, en oordeelt dat het gebruik van bestrijdingsmiddelen in deze hoeveelheden in een woonwijk te grote risico’s op gezondheidsschade voor omwonenden, en met name hun kinderen, met zich meebrengt. De voorzieningenrechter stelt vast dat dit gebruik daarom in strijd is met het Europese voorzorgsbeginsel, dat kort gezegd inhoudt dat middelen niet mogen worden gebruikt als het aannemelijk (maar nog niet zeker is) dat middelen schadelijk zijn voor de gezondheid. Zij concludeert, net als het Hof Arnhem Leeuwarden in een eerdere zaak, dat de (kort geding) rechter op grond van het voorzorgsbeginsel kan ingrijpen, en een verbod kan uitspreken. Het moet mogelijk zijn om snel maatregelen te nemen wanneer er een risico is op ernstige gezondheidsschade bij mensen. Dan kunnen procedures bij nationale of Europese autoriteiten niet worden afgewacht.

Marijn Kingma stond de bewoners bij in deze zaak.

Het persbericht met het vonnis van de rechtbank is hier te lezen.