5 september 2017 - Digitaal procederen bij de rechtbanken Midden-Nederland en Gelderland

Digitaal procederen bij de rechtbanken Midden-Nederland en Gelderland

De Hoge Raad is de eerste rechterlijke instantie waar digitaal wordt geprocedeerd in civiele zaken. Nieuwe cassaties worden sinds 1 maart van dit jaar geheel digitaal afgehandeld. De Rechtbanken Midden-Nederland en Gelderland zijn op 1 september 2017 gevolgd. In de loop van 2018 zal dit worden uitgebreid naar alle rechtbanken. De gerechtshoven en kantonrechters volgen daarna. Aansluitend zal het digitaal procederen ook gefaseerd worden ingevoerd voor verzoekschriftprocedures (o.a. arbeidszaken) en kort gedingen.

Digitaal procederen betekent dat alle stukken elektronisch worden ingediend en dat alle berichten aan en van de rechtbank alleen langs elektronisch weg plaatsvinden. Verzoekschriftprocedures en dagvaardingsprocedures (handelszaken) worden daarbij meer op elkaar afgestemd. De dagvaarding en het verzoekschrift worden vervangen door een “procesinleiding”, de wederpartij wordt in alle gevallen aangeduid als “verweerder” en de reactie van de verweerder gaat in alle gevallen “verweerschrift” heten. De zitting die volgt op het verweerschrift wordt aangeduid als “mondelinge behandeling”. De mondelinge behandeling krijgt een centrale rol in de procedure en zal ook gebruikt kunnen worden om getuigen en partijdeskundigen te horen. De zittingszalen worden uitgerust met voorzieningen waarmee de advocaten digitale toegang tot de dossiers kunnen hebben en documenten, foto’s en films op een groot scherm kunnen projecteren.

Door de gefaseerde invoering van het digitaal procederen (“procederen in KEI zaken”), zullen de oude procedures nog voor veel zaken relevant blijven. Dolf Rueb en Robert Hendrikse lichten de nieuwe procesrechtelijke regels toe in een supplement op het Compendium Burgerlijk Procesrecht van Stein/Rueb. In dit supplement vindt u ook een geïntegreerde tekst van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering waardoor in één oogopslag is te zien welke tekst geldt in zaken waarin nog niet digitaal wordt geprocedeerd (niet-KEI zaken) en welke in zaken waarin dat wel het geval is (KEI-zaken).

Indien u vragen heeft over digitaal procederen, kunt u contact opnemen met Dolf Rueb.