21 juli 2017 - Mick Hurks

Papieren werkelijkheid doorslaggevend in het arbeidsrecht?

Een van de vaste uitgangspunten in het arbeidsrecht is dat ‘wezen gaat voor schijn’, hetgeen zo veel betekent dat aan de werkelijkheid doorslaggevende betekenis toekomt. Een recent arrest van de Hoge Raad vormt aanleiding te beoordelen of dit beginsel nog leidend is. Inzet van de procedure was de vraag of doorslaggevende betekenis gehecht dient te worden aan de functie die een werknemer op papier verricht. 

Wat was er aan de hand?

Een thuiszorgorganisatie moest reorganiseren als gevolg waarvan een aantal chef-koks boventallig werden. Op een van de bedrijfslocaties diende het aantal chef-koks teruggebracht te worden van drie naar twee. Een van de chef-koks kon zich niet vinden in het feit zijn twee collega’s als chef-kok in de boeken stonden. Hij meende dat hij in werkelijkheid de enige was die de functie van chef-kok verrichte. De andere twee werknemers zouden slechts werkzaamheden als kok uitoefenen. Zou de werknemer gelijk hebben in zijn standpunt, zou dat ertoe leiden dat hij zijn baan zou behouden. In dat geval zou hij de enige ‘chef-kok’ geweest zijn en de spelregels rondom ontslag vanwege een reorganisatie leren dat een andere werknemer in dat geval voor ontslag in aanmerking zou komen.

 

Chef-kok op papier?

Duidelijk was dat volgens de arbeidsovereenkomsten alle drie de werknemers chef-kok waren.  Chef-kok in werkelijkheid?De werknemer stelde in de procedure dat zijn twee collega’s slechts op papier nog chef-kok waren. De werknemer stelde dat hij de enige was die werknemers mocht aandragen voor trainingen, bevoegd was uren te registreren, zijn collega’s gedurende vakanties niet vervangen werden, een collega niet aanwezig was bij chef-kok-overleggen en uit correspondentie uit 2014 zou blijken dat zijn twee collega’s niet behoorden tot de groep chef-koks. Wezen gaat voor schijn?Beoordeeld werd dat het voor de beoordeling niet aankomt op de feitelijke werkzaamheden, maar op de aanstelling, loonschaal en werkzaamheden die op basis daarvan konden worden verlangd. Ook zou juist uit het feit dat de andere chef-koks werkzaamheden verrichten die behoorden bij de functie van kok er op wijzen dat er te veel chef-koks in dienst waren, hetgeen de noodzaak van de reorganisatie ondersteunde. De werknemer werd in het ongelijk gesteld: de werkgever had terecht geoordeeld dat de drie werknemers allen chef-kok waren.

 

Belang voor de praktijk

Kan met deze uitspraak het adagium ‘wezen gaat voor schijn’ bij het oud papier? Die conclusie is te verstrekkend. In het arbeidsrecht is nog steeds uitgangspunt dat de wijze waarop in de werkelijkheid vorm wordt gegeven aan de relatie tussen partijen prevaleert boven hetgeen op papier staat. Wat de uitspraak wel bevestigt is dat het altijd raadzaam is om veranderingen in de functie goed vast te leggen, zodat de verhouding tussen partijen op papier en in de werkelijkheid goed bij elkaar aan blijven sluiten. Een regelmatige beoordeling van het personeelsbestand is in dat opzicht van wezenlijk belang voor uw organisatie.