2 juni 2023 - Mick Hurks

Uitspraak van de week: "U heeft namelijk nagelaten te vermelden dat u fractiemedewerker bent geweest voor de PVV-fractie"

Een stichting besluit een nieuwe medewerker secretariaat aan te nemen. Na twee gesprekken krijgt de beoogde kandidaat een arbeidsovereenkomst aangeboden, die hij accepteert, en op 1 december 2022 zou zijn eerste werkdag zijn. De dag voorafgaand, 30 november, krijgt de directeur van de stichting er lucht van dat de medewerker gewerkt heeft voor de PVV-fractie van de gemeenteraad Rotterdam. Dit stond als zodanig niet op zijn CV / LinkedIn-profiel; slechts vermeld stond dat hij werkzaam was geweest voor de gemeenteraad Rotterdam.

De directeur besluit gebruik te maken van het proeftijdbeding en hij beëindigt de arbeidsovereenkomst nog voordat de werknemer één dag heeft gewerkt. De werknemer laat het er niet bij zitten en start een procedure ter vernietiging van het proeftijdontslag. Zoals de vaste lezer weet – excuses dat u mij enige weken heeft moeten missen – is een proeftijdontslag vernietigbaar indien sprake is van een opzegging in strijd met een opzegverbod. De werknemer heeft een punt; in de wet staat dat een werknemer niet ontslagen mag worden in verband met zijn (/haar) politieke overtuiging.

Het gaat dus al direct mis voor de stichting. De brief waarin het proeftijdontslag was opgenomen was doorspekt van verwijzingen naar de PVV-achtergrond van de werknemer. Dat was de (enkele) reden om de arbeidsovereenkomst op te mogen zeggen. De rechter vernietigt dan ook de proeftijdopzegging. De rechter ontbindt de arbeidsovereenkomst wel tegen 1 juni 2023. Dit heeft voor de stichting tot gevolg dat zes maanden salaris (+ 25% verhoging) en een billijke vergoeding van EUR 5.000 bruto betaald moet worden.

De rechter geeft de stichting (en andere werkgevers) nog wel advies:

  • De stichting had de arbeidsovereenkomst mogelijk wel mogen opzeggen indien uit het handelen van de werknemer zou zijn gebleken dat zijn overtuigingen niet passen bij die van de stichting. Was dat in de maand proeftijd gebleken, had de stichting mogelijk wel gebruik kunnen maken van het proeftijdbeding.
  • De stichting had mogelijk een kans gehad indien ingezet was op het ‘niet de waarheid vertellen over het arbeidsverleden’. Het verleden als PVV-fractiemedewerker is dan niet relevant. Het gaat om het verzwijgen van het arbeidsverleden an sich.

Tot volgende week!